Samenwerking met het Cultuurhuis
Sport en cultuur hebben veel overeenkomsten: mensen beleven er plezier en ontspanning aan om lekker te sporten of om cultureel bezig te zijn. Bovendien gaan sport en cultuur allebei over passie, hard werken, gezond eten, een team vormen en je stinkende best doen: allemaal om talenten te versterken.
Sport en Cultuur
Met het oog op de grote overlap tussen sport en cultuur hebben Team Sportservice Krimpenerwaard en het Cultuurhuis de handen ineen geslagen. Heidi Doff, directrice van het Cultuurhuis ziet de vele overeenkomsten: “Beide organisaties informeren en ondersteunen inwoners uit de regio, de ene op het gebied van sport en de andere op cultureel vlak. Beide organisaties bieden activiteiten aan voor jong en oud, en beide organisaties zijn altijd op zoek naar innovatie.” Samen zullen de partijen aan de slag gaan om de koppeling tussen sport en cultuur te versterken.
De samenwerking
De fit-test voor ouderen die op 4 februari georganiseerd is in het Cultuurhuis, is een van de eerste activiteiten die uit de samenwerking naar voren is gekomen. Ook fungeert het Cultuurhuis als startpunt voor de wandelgroep voor senioren op maandagochtend. Om 9.30 uur vertrekt een groep senioren voor een wandeling van 2,5 of 5 km, en na afloop kan er nog een kopje koffie of thee gedronken worden.
Verder zetten beide partijen zich in om het Jeugdfonds Sport en Cultuur in Krimpenerwaard zo veel mogelijk bekendheid te geven. Het Jeugdfonds Sport en Cultuur betaalt het lesgeld of de contributie voor kinderen uit gezinnen met minder financiële middelen, zodat ook zij kunnen genieten van sport en cultuur.
“Het Cultuurhuis is een prachtige plek waar jong en oud samenkomen voor culturele activiteiten. Wij willen de activiteiten graag uitbreiden met onze sportieve insteek.” aldus Richard Mank, regio-coördinator van Team Sportservice Krimpenerwaard. “De komende tijd zullen we kijken hoe deze samenwerking verder uitgewerkt kan worden en welke stappen we nog meer kunnen nemen om sport en cultuur dichter bij elkaar te brengen in Krimpenerwaard.”